dinsdag 23 november 2021

Het moeilijkste om Nederlands te leren

Wat is het moeilijkste om Nederlands te leren? Mijn antwoord: voorzetsel (prepositie)! Ik geloof eigenlijk dat voorzetsel het moeilijkste is om iedere taal te leren, niet alleen Nederlands. 

Maar waarom dan? De eerste reden is dat sommige talen niet eens voorzetsels hebben. Voor hen is het het moeilijkst. 

Dan is er het probleem van interferentie. Als je moedertaal een ander voorzetsel voor iets heeft, blijf je fouten maken. Bijvoorbeeld "om 10 uur" is "at 10 o'clock" in het Engels. Eigenlijk hebben veel Engelse en Nederlandse voorzetsels overeenkomsten waardoor het makkelijker wordt om elkaars taal te leren.

Het andere is dat voorzetsels worden geleerd als je heel jong bent, zoals 2 jaar. Het is bijna onmogelijk om geen fouten te maken als je ze op latere leeftijd leert.

Fossilisering is een ander probleem. Vaak gebruikt in eerste instantie een L2-student een verkeerd voorzetsel, maar omdat ze begrepen wordt en mensen haar niet corrigeren, raakt de fout gefossiliseerd (blijvend). Dan is het heel moeilijk om gecorrigeerd te worden.

Een samengesteld scheidbaar werkwoord kan ook heel moeilijk zijn. Er zijn er teveel in het Nederlands! 

Uiteindelijk kun je de voorzetsels alleen goed gebruiken als je ze al eens eerder hebt gelezen of gehoord. De enige oplossing is dus om veel Nederlandse teksten te lezen en veel Nederlands te luisteren.


Meer info:

Wanneer is een werkwoord scheidbaar?

Het voorzetsel: VZ (prepositie)

Dutch Prepositions


woensdag 3 november 2021

Plantaardig vlees of kweekvlees. Welke is de toekomst?

Plantaardig vlees, veganistisch vlees, alternatief vlees, vleesvervangers, kweekvlees, kunstmatig vlees... ze zijn tegenwoordig allemaal heel populair. Maar hoe gezond, duurzaam en goed zijn ze eigenlijk? De Klimaatconferentie van Glasgow 2020 vond een jaar later plaats vanwege corona, van 31 okt 2021 tot 12 nov 2021. Een belangrijk agendapunt op deze conferentie is het belang van alternatieve eiwitten.

Beyond Meat, een beroemd bedrijf dat veganistische vleesvervangers maakt, is nu beschikbaar in meer dan 80 landen, inclusief België en Nederland. Ik heb zelf de Beyond burger geprobeerd, en ik moet zeggen dat ik toch de echte vleesburger-smaak verkies! 

Het Good Food Institute (GFI) is een van de grootste internationale organisaties die plantaardig en alternatief vlees promoot. Het wordt steeds populairder in landen zoals India, die om culturele/religieuze redenen niet graag veel dierlijk vlees eten. 

Deze vleesalternatieven zijn wellicht beter voor het milieu. Maar hoe zit het met hun gezondheidsvoordelen? De producenten van plantaardig vlees beweren dat hun producten geen cholesterol, geen antibiotica, geen steroïden en geen groeihormonen bevatten. Dat klinkt inderdaad goed, maar toch bevat het traditionele dierlijke vlees meer ijzer en voedingsstoffen. De andere zorg van sommige mensen is dat te veel bewerkt voedsel niet goed is, of het echt vlees of plantaardig is, maakt niet uit. Hiermee ga ik akkoord.

Het kweekvlees is een concurrent van plantaardig vlees. Op dit moment is het nog te duur, maar de toekomst zal uitwijzen hoe de markt erover denkt. Persoonlijk vind ik dat het kweekvlees (vlees gekweekt in een lab uit dierlijke cellen) op de lange termijn beter voor het milieu en ook nog lekkerder is! Een van de grootste bedrijven die kweekvlees maken is het Nederlandse bedrijf Mosa Meat. Het is een spin-off van de Universiteit Maastricht, wereldberoemd vanwege het maken van de eerste kweekvleesburger in 2013 die 250.000 euro kostte! Onlangs heeft Leonardo DiCaprio erin geïnvesteerd. Ik wacht op dit soort cruelty-free vlees, want ik hou niet zoveel van groenten!

maandag 1 november 2021

Betrekkelijke voornaamwoorden of Relatieve Pronomina

Een betrekkelijk voornaamwoord (Relatief Pronomen) is een woord dat wordt gebruikt om twee zinnen met elkaar te verbinden. De belangrijkste betrekkelijke voornaamwoorden in het Nederlands zijn die, dat, wat en wie. Laten we eerst de eenvoudige bekijken:

Dat: "Dat" wordt gebruikt voor een het-woord + singularis. Voorbeeld: "Het huis dat blauw is." Het huis is een het-woord en is singularis. 

Die: "Die" wordt gebruikt om te verwijzen naar een de-woord + singularis of pluralis in de hoofdzin. Bijvoorbeeld: "De pen die blauw is, is van jou." De pen is een de-woord. Die en Dat worden beide voor zaken en personen gebruikt. 

Wat: "Wat" is gebruikt om te verwijzen naar iets niet-specifiek, een superlatief of een hele zin. Bijvoorbeeld: "Een goed boek is alles wat ik wil." -  "Het is het interessantste boek wat ik ooit gelezen heb!" - "Een taal leren is een lang proces wat ik interessant vind.

Wie: "Wie" wordt gebruikt alleen voor het verwijzen naar een persoon. Voorbeeld: "Wie moe is, zal niet veel doen." (de persoon die moe is)

Wiens en wier: ze worden gebruikt om de bezitter (eigenaar) van iets aan te geven. In het Nederlands is er een verschil tussen mannelijk en vrouwelijk. Manneijk > wiens, Vrouwlijke bezitters of pluralis > wier. Voorbeelden: "De man wiens boek ik heb is hier." - "De beroemde actrice, wier naam me ontschiet, speelt in de film.Wiens wordt ook meer en meer voor vrouwen gebruikt. Wier klinkt te formeel. 

Welke: "Welke" verwijst van oudsher naar de-woorden en pluralis. Het is heel formeel. Voorbeeld: "U vindt hier de formulieren welke de rechtbank heeft opgevraagd." Er zijn ook hetwelk en hetgeen, maar die zijn verouderde vormen.


  Preposities veranderen de situatie een beetje.

Waar+prepositie: De combinatie van een relatief pronomen met een voorzetsel (prepositie) wordt vervangen door een voornaamwoordelijk bijwoord (pronominaal adverb) met waar als eerste lid. Het kan zowel voor zaken als voor mensen zijn. Je kunt niet 'met wat' of 'met die', 'met dat' (of op die...) zeggen. Dus in plaats daarvan zeg je waarmee, waarin, waarop... Bijvoorbeeld: "Dat is het liedje waarmee hij beroemd werd." Waarmee = with which, that (waar=wat, mee=met). Nog een voorbeeld met een ander voorzetsel: "Dit is het boek waar ik je over verteld heb." of "Dit is het boek waarover ik je vertelde." Het zijn er veel: waarop, waartoe, waarin, waarvoor, waarnaar, waaraan (= betekent aan wat, where, in which, at which).

Prepositie+wie: "Prepositie+wie" gebruik je voor personen. Het kan alleen voor mensen worden gebruikt, in tegenstelling tot waar (zaken+personen). Voorbeelden: "De man voor wie ik werk." - "De penvriendin met wie ik communiceerde." In plaats van prepositie+wie kan je ook waar+prepositie gebruiken, maar niet andersom. Met wie = waarmee Voorbeeld: "De penvriend waarmee ik communiceerde." Bij wie = waarbij (with whom).

Met dank aan mijn lerares Nederlands Heidi voor haar hulp en correcties. 

Meer info:
 

Van Dale Pocketwoordenboek Nederlands NT2

 Ik heb onlangs dit professionele woordenboek voor anderstaligen van het Nederlands gekocht. Ik vind het heel degelijk, niet zo compact, dus...